Rosy Retrospection

“Toen ik zo oud was als jij…”

Rosy retrospection: die gezellige borrelpraat over hoe alles vroeger beter was. Deze bias zorgt ervoor dat mensen denken dat "vroeger alles beter was," ; zelfs als ze stiekem ook wel weten dat die zwart-wit televisies niet zo geweldig waren, om van andere zaken maar te zwijgen. Want ja, toegeven dat het vroeger ook niet alles was, dat doen we natuurlijk liever niet.

Waar deze bias voorkomt

Je ziet het overal terug op de werkvloer. Daar zie je generatie na generatie met elkaar overhoop liggen omdat de ene groep (laten we ze de nostalgische ooms en tantes noemen) volhoudt dat ‘vroeger alles beter was’, terwijl de jonkies zich afvragen welke planeet die oudjes bewonen. En dan hebben we het nog niet eens over politieke partijen die schermen met verhalen over ‘de gouden jaren’ om stemmen te winnen. Het lijkt er sterk op dat, ongeacht hoe slecht of goed het nu echt gaat, sommigen altijd terug willen naar die ‘goede oude tijd’.

Individuele effecten

Deze vertekende kijk is vaak geworteld in onze formatieve jaren; die oh-zo belangrijke periode van onze late kindertijd tot vroege volwassenheid, waarin we alles wat er gebeurde als uiterst belangrijk en gedenkwaardig opsloten in ons geheugen. Of het nu de eerste kus was, of die keer dat we zonder ouders op vakantie mochten; die jaren lijken altijd goudomrand in de bentobox van ons geheugen, ondanks dat ze ook vol zaten met puistjes en puberale ongemakken. Door deze 'reminiscentiebult' (bestaand woord!) herinneren we ons vooral de positieve dingen levendiger, en dat kan ons huidige zelfbeeld een lekker oppeppertje geven.

Bedrijfsbrede en maatschappelijke effecten

In bedrijven leidt dit tot generatieconflicten waarbij de oudere garde zich vastklampt aan werkwijzen die volgens jonge collega’s al in de negentiende eeuw oubollig waren, terwijl de diezelfde jongere werknemers snakken naar innovatie en verandering. Dit soort conflicten kan organisaties verlammen, waardoor ze niet meer vooruit te branden zijn. Kijk maar naar Kodak, dat vasthield aan filmrolletjes terwijl de digitale revolutie hun markt overnam. Of neem Vroom en Dreesman in Nederland, een ooit bloeiend warenhuis dat ten onder ging omdat het niet tijdig moderniseerde en inspeelde op veranderende consumentenbehoeften. En laten we niet vergeten hoe politieke partijen die oude, zogenaamd betere tijden idealiseren, hele bevolkingsgroepen kunnen opsplitsen.

Hoe je dit effect kunt benutten

Oké, soms is het handig om in de marketing die goeie ouwe tijd op te rakelen; wie krijgt er nou geen warme gevoelens van die oude reclames met de kerstman van Coca-Cola? En soms werken dingen nu eenmaal goed, dus zomaar de boel op de schop is ook niet altijd nodig. Maar pas op, want te veel hang naar het verleden kan je blind maken voor de kansen die recht voor je neus liggen.

Hoe je het kunt vermijden

We moeten kritisch blijven kijken naar onze eigen herinneringen en de werkelijkheid onder ogen zien. Dat betekent dat we ons realiseren dat ons geheugen selectief is en dat niet alles vroeger beter was. En hé, misschien moeten we eens wat vaker luisteren naar de frisse ideeën van die jonge honden in plaats van ze weg te wuiven met een verhaal over ‘hoe we het altijd al deden’. Dat is lastig; jouw overtuigingen zijn immers het resultaat van de dingen die je deed waarmee jouw organisatie succesvol is geworden. Maar datgene wat gister werkte, hoeft dat morgen niet te doe.

3 Gouden tips

  • Denk eraan: de goeie ouwe tijd was misschien niet altijd zo goed als je je herinnert.

  • Gebruik herinneringen om te leren en te groeien, niet alleen om jezelf op de borst te kloppen.

  • Sta open voor verandering en nieuwe ideeën, zelfs als die niet rijmen met de oude manieren. Want zeg nou zelf, wie wil er nu echt terug naar de tijd zonder internet? Vraag jongeren bijvoorbeeld wat zij zien dat anders kan. Anders moét.